Op 15.10.2013 bracht het
ECRI (Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie), wat een onafhankelijk toezichtsorgaan voor de mensenrechten is dat in elke lidstaat van de Raad van Europa onderzoek doet naar racisme en onverdraagzaamheid, haar vierde monitorencyclus rapport
1
uit. Vervolgens kwam ook het rapport van
Amnesty International uit wat we in oktober reeds besproken hebben
2.
De conclusies van deze rapporten liegen er niet om. Dus wat doet ons ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar aanleiding van de rapporten? Lossen ze de problemen op? Nee, ze geven aan het SCP de opdracht om een
nieuw rapport te maken. Op 28.01.2014
3 werd het door het SCP vrijgegeven.
Door het CBS is een aselecte steekproef van 45.000 mensen getrokken uit het GBA. Daarvan zijn maar liefst 11.643 reacties (26%) gekomen. Maar dat is niet helemaal juist. Kijken we naar de methodologische verantwoording dan lezen we dat er flink gerommeld is met het "aselecte" karakter. Er zijn slechts 10.000 formulieren naar autochtonen gestuurd. En het bijzondere is dat de repsons van de autochtonen (35%) beduidend hoger ligt dan die van de allochtonen.
Daardoor wordt in hoofdstuk 8 dan ook maar de conclusie herhaald (wat we
plagiaat noemen) van Snelmann en Ekehammar uit 2005: "
De mate van ervaren discriminatie kan daarbij een indicatie vormen van hoe diep gevoeld die beelden zijn: hoe negatiever en breder de stereotypen gedeeld worden, hoe meer discriminatie een groep ervaart." De stereotypen gedeeld worden?
In-gedeeld zullen ze bedoelen! Als je zulke vragen stelt aan een werkeloze, homofiele allochtoon dan is bij voorbaat het antwoord te verwachten dat ze in hun veelkleurige grafiekjes plaatsen. "
Wellicht reflecteren de hoge percentages ervaren discriminatie onder migrantengroepen dit negatieve klimaat." Wellicht? Ongetwijfeld wanneer je die percentages zelf creëert met je "aselectie".
Het is dan ook duidelijk dat het advies zal moeten luiden dat er een
nieuw rapport moet volgen op een
nieuw onderzoek, alvorens het ministerie een beslissing kan nemen om het beleid aan te passen. Ook gaan er al geruchten dat volgend jaar, n.a.v. het rapport vijfde monitorencyclus, er een
interdepartementale taskforce zal worden opgericht dat onderzoek zal gaan doen en er een rapport over zal uitbrengen. Zodra het nieuwe rapport beschikbaar komt zal het HHC er een nieuw rapport over schrijven.
Uit het onderzoek blijkt maar weer eens het gezegde: (1) je hebt leugentjes om bestwil, (2) de
een-minister-liegt-niet leugens van Opstelten
4, en (3) statistieken. Belangrijk bij een onderzoek is de vraagstelling en de afbakening van definitie. Daarbij is eigenlijk alleen maar naar de voor de hand liggende discriminatoire kenmerken gekeken zoals ras, geslacht, geloof, sexuele geaardheid, et cetera. Zo voelen volgens tabel 1.2 slechts 2% van de respondenten zich gediscrimineerd vanwege hun sexuele voorkeur, tegenover 10% van de respondenten o.b.v. leeftijd.
Dus wat wordt het overbeleidsbeleid? We gaan met z'n allen een feestje vieren in
Sochi voor de 2% homo-rechten in het buitenland. Dat is natuurlijk wat makkelijker dan in eigen land wat te doen aan de 10% leeftijdsdicriminatie. Of wat dacht u van Timmermans die praat met
Pussy Riot, maar daarbij vergeet dat in zijn eigen land Baybaşin al
18 jaar ten onrechte vast zit. En wat doet de minister aan de mensenrechtenschendingen van autochtonen en Nederlandse staatsburgers in het buitenland? Of een nog sprekender voorbeeld: de discriminerende doodslag
5 op
Rishi Chandrikasing?
In dat laatste geval had een veel duidelijker politiek signaal (los van de strafmaat) kunnen worden afgegeven. Maar dat doen de ministers niet. De werkvloer betaalt de uitvaart
6 van Rishi en de opperlaag denkt er dan vervolgens mee weg te kunnen komen. Maar ze betalen wel weer de advocaatkosten van een
corrupte top-ambtenaar (toevallig ook homofiel). Politiek ter bescherming van het eigenbelang van de luie "elite" over de ruggen van de belastingbetalende en wel-producerende (geen rapporten) burgers.
Ik zie het zo vaak gebeuren bij de overheid. Wanneer er een groot probleem op ze afkomt bevriezen ze en weten ze niet meer wat ze moeten doen. Er worden smoezen verzonnen en rapporten geschreven die "daadkracht" moeten uitstralen:
We nemen het probleem serieus. En ondertussen hopen ze dat hun termijn er snel opzit en dat de volgende minister het later maar moet oplossen. Na mij de zondvloed. En uiteindelijk zit iedereen met de brokken.